"Bij GGNet staat de patiënt centraal, maar dat kunnen we alleen garanderen als ook de medewerker centraal staat"

In de GGNet campus draait het om medewerkers en hun ontwikkeling. Persoonlijk of professioneel. Programmamanager Fatima Swailima werkt aan het tweejarige project dat de Campus vorm moet geven.

“GGNet wil graag de beste zorg bieden, wat betekent dat je ook de beste medewerkers wilt hebben. De afgelopen jaren hebben we de focus gelegd op de instroom van nieuwe mensen, en die willen we natuurlijk ook graag behóúden. Vanuit die gedachte is de GGNet Campus ontstaan. Dit wordt een plek waar het draait om medewerkers en hun ontwikkeling. Dat kan om persoonlijke groei gaan, om teamontwikkeling of een verdere bekwaming in het vakgebied. Bij het opzetten van de Campus geven we aandacht aan wat we terugkrijgen uit onze medewerkersonderzoeken. Dat is heel waardevol, omdat die onderzoeken aangeven waar onze mensen behoefte aan hebben. Verder onderzoeken we wat voor GGNet als organisatie belangrijk is en welke ontwikkelingen er zijn op de arbeidsmarkt. De Campus wordt een verzamelplaats van opleiding en coaching, die onze medewerkers kunnen gebruiken om fit en vitaal hun werk te blijven doen. Bij GGNet staat de patiënt centraal, maar dat kunnen we alleen garanderen als ook de medewerker centraal staat. Als die voldoening uit zijn werk haalt, dan zit het met de zorg ook goed.”

"Het is belangrijk om in je werk leuke dingen te doen. Het zorgt, naast de zwaardere taken die er ook bij horen, voor een goede balans"

Klinisch psycholoog Marieke van de Haar en psychiater Marjan de Vries brachten samen met collega’s het zorgaanbod én het proces daar omheen in kaart. Met als resultaat: meer vitaliteit en patiënten die beter kunnen worden geholpen.

Marieke: “Bij Apeldoorn Ambulant had iedereen zijn eigen specialisatie en eigen manier van werken, maar na de reorganisatie werden we gemixt in regioteams. We wisten niet goed van elkaar wie wat te bieden had. Marjan en ik, en met ons veel collega’s, wilden graag meer lijn krijgen in het proces van aanmelding tot uitstroom. We wilden een overzicht van welke behandeling we in welke fase bieden, waarbij de kwaliteit van de zorg en het eigenaarschap van de behandelaars in stand blijven. Daardoor krijgt elke patiënt hetzelfde aanbod, gekoppeld aan de fase waarin hij zich bevindt en onafhankelijk van welke behandelaar hij treft. Met de komst van een nieuwe manager kregen we ruimte om ons idee uit te werken. We brachten in kaart welke behandelfases er bij alle stoornissen zijn en wat patiënten in elke fase kan worden geboden. Dit project staat nog in de kinderschoenen, maar ik merk nu al dat het rust geeft. Bij elke patiënt kan ik in het overzicht zien wat we te bieden hebben. Soms bied ik dat zelf, soms een collega. Het is veel minder zoeken en ook duidelijker voor patiënten wat we wanneer bieden qua interventies.”
Marjan: “Dankzij dit model kunnen we elke individuele patiënt met zijn eigen verhaal goed bedienen. Dat zorgt ervoor dat ik als behandelaar mijn werk met meer voldoening doe, want de best passende zorg wordt eerder ingezet. Het mooie van dit project is dat het een initiatief is vanuit de medewerkers. We hebben het heel breed vormgegeven, met verschillende werkgroepen en vanuit verschillende disciplines. Veel collega’s waren enthousiast. Ik vind het belangrijk om in mijn werk leuke dingen als dit te doen. Het zorgt, naast de zwaardere taken die er ook bij horen, voor een goede balans.”

"Als je taken doet die niet helemaal bij je passen, drukt dat op je schouders"

Ilona Langenbarg is verpleegkundige team ambulant Doetinchem Oost. Onder het motto ‘We doen het samen’ is een project gestart om op een andere manier te gaan werken. Met als doel dat iedereen op de juiste plek zit, rollen duidelijk zijn en er nauw wordt samengewerkt.

“Met de komst van een nieuwe manager hebben we de samenwerking binnen de teams Doetinchem Oost en Midden onder de loep genomen. Door die frisse blik raakten we als team in gesprek over hoe dingen bij ons gingen. De uitkomst was dat rollen nogal door elkaar liepen. Een klinisch psycholoog die een WMO-aanvraag deed bijvoorbeeld en een verpleegkundige die een psychologische behandeling op zich nam. Als je taken doet die niet helemaal bij je passen, drukt dat op je schouders. Het gaat ten koste van het werkplezier. Samen met een aantal collega’s werk ik aan een plan voor efficiënter werken, met meer plezier. We denken na over wat we als team nou eigenlijk willen. Wat vinden we goede zorg en hoe gaan we dat bereiken? Hoe zien de rollen en taken eruit en wat hoort bij welke taak en rol? We houden onze collega’s op de hoogte via nieuwsbrieven en een kickoff, zodat ook zij input kunnen leveren. We hebben onder meer in kaart gebracht met welk type patiënten de teams werken en wat de zorgstandaarden zeggen over welke behandeling deze mensen nodig hebben. Het proces van intake tot uitschrijving is opnieuw beschreven en de overlegstructuur herzien. Kortom: alles gaat flink op de schop, met als doel het terugbrengen van vitaliteit. Ik verwacht dat iedereen hierdoor uiteindelijk weer in zijn kracht wordt gezet en dat we met veel plezier en energie ons werk kunnen doen.”