“De Nederlandse bevolking vergrijst. Ouderen wonen langer thuis, hun problematiek wordt complexer en familie en naasten kunnen vaak niet alle benodigde zorg leveren. Aan ons, regionale zorgpartners, de vraag hoe we samen aan die groeiende zorgbehoefte kunnen voldoen.”

In goed overleg
“Oudere patiënten hebben vaak een combinatie van somatische en psychiatrische klachten en niet altijd is meteen duidelijk wat het voorliggende probleem is. Een urineweginfectie kan tot psychotische belevingen leiden, maar het is ook mogelijk dat de psychotische episodes van een patiënt te maken hebben met onverwerkte traumatische jeugdervaringen en dat de blaasontsteking hier volledig los van staat of het beeld wellicht compliceert. De vraag is dan: waar is een patiënt aan het juiste adres, in het ziekenhuis of in de sggz? Welke problematiek vereist allereerst aandacht? Het antwoord komt niet van mij, van de huisarts of van de geriater in het ziekenhuis. Nee, het juiste antwoord vinden we sámen, in goed overleg – ook met de patiënt en diens naaste familie. Dat vergt best veel inspanning van ons allemaal, maar als je vervolgens merkt dat je de patiënt daarmee écht verder helpt, dat mensen opknappen en de familie er weer gerust op is, dan geeft dat heel veel voldoening.”

Samen van betekenis
“Ik hecht veel waarde aan laagdrempelig contact met mijn ketenpartners in de regio en heb daar de afgelopen tijd zelf veel in geïnvesteerd. Dat begint nu zijn vruchten af te werpen, merk ik. Huisartsen en verpleeghuisartsen nemen sneller contact met me op en de ervaring leert dat ik hen geregeld een stap verder kan helpen. Bijvoorbeeld met advies over het opstarten van bepaalde medicatie aan een oudere patiënt met, zeg, depressieve klachten. De voordelen laten zich raden: de patiënt is eerder geholpen, de zorg blijft dicht bij huis en wellicht is specialistische ggz hiermee te voorkomen, waardoor wij andere patiënten sneller kunnen helpen. En voor mijzelf: ik vind het fijn als ik ketenpartners kan helpen als zij een vraag hebben en leer ook van hen. Goede multidisciplinaire samenwerking maakt ons werk leuker en interessanter, daar ben ik van overtuigd.”

Centraal
“Naast mijn werk op de polikliniek Ouderenpsychiatrie van GGNet ben ik consultatief psychiater voor twee grote verzorg- en verpleeginstellingen en een huisartsenpraktijk. Voor de verpleeginstellingen doe ik dit digitaal en ga ik indien nodig langs voor een individuele beoordeling. Met de huisarts zit ik elke zes weken samen voor casuïstiekbespreking.


Uit een evaluatie weten we dat veel andere huisartsen in de regio ook graag af en toe met een psychiater zouden willen overleggen over hun patiënten. Ik ben daar voorstander van; met de nodige back-up vanuit de ggz kunnen zij veel klachten zelf behandelen of alvast starten met een lichte vorm van ondersteuning voordat wij het kunnen overnemen. In dit kader onderzoeken we vanuit GGNet nu ook of we een centraal punt kunnen inrichten waar huisartsen uit de regio tussentijds met vragen terechtkunnen. Hoe meer we aan de voorkant samen in goede banen kunnen leiden, hoe minder we aan de achterkant overbelast raken. We hebben ouderen in de regio al best veel te bieden, maar hoe kunnen we het samen nóg beter doen? Dat vind ik een geweldig mooie uitdaging!”