Gijs Smit (42)

“Op zijn dieptepunt was Klaas zó verdrietig, dat hij alleen maar kon huilen. Het was akelig om hem zo te zien. Hij was beschadigd, echt kapot. Mijn vrouw stelde voor om hem in huis te nemen. Een moedig initiatief dat ik erg waardeer. Klaas in huis hebben, was niet altijd makkelijk. Het moeilijkste vond ik zijn apathie. Hij lag veel in bed en voelde zich waardeloos. Tegen mijn kinderen zei ik dat zijn ‘blijmachine’ kapot was. We knuffelden hem regelmatig en gaven hem het gevoel erbij te horen. Ik ben Klaas altijd blijven waarderen. Toen ik na een jaar zei dat het voor hem tijd werd om een ander onderkomen te zoeken, was ik bang dat hij teleurgesteld zou zijn. Maar hij zei: ‘Goed idee, ik moet verder met mijn leven.’ Dat was echt een doorbraak. Ook is hij opgebloeid sinds hij weer werkt. Klaas heeft enorme stappen gemaakt. Hij is er weer, mijn broer.”