Angst en paniek
Angst of paniek kan uw levensplezier ernstig in de weg zitten. We praten pas over een angststoornis wanneer u er echt door belemmerd wordt in uw dagelijks leven. Wanneer angst- of paniekklachten heel groot zijn, kunt u hier dagelijks last van hebben. Bijvoorbeeld door slecht te slapen, lichamelijke klachten, minder goed functioneren thuis en/of op uw werk. Bij GGNet hebben we goede behandelingen voor angststoornissen.
Vormen van angststoornissen
Er zijn verschillende vormen van angststoornissen:
- agorafobie (angst om de straat op te gaan, het wordt ook wel straatvrees genoemd)
- sociale fobie
- paniekstoornis
- piekerstoornis
Kenmerken van een angststoornis
Sterke lichamelijke reacties horen ook bij een angststoornis. Een aantal symptomen die voor kunnen komen:
- angst die u blokkeert en verlamt
- regelmatig last van hartkloppingen, misselijkheid, duizeligheid, trillingen of tintelingen in het lichaam
- zweetaanvallen, ademnood of een beklemmend gevoel op de borst
- slecht slapen
- continu opgejaagd voelen
- heel erg alert zijn en uw spieren voelen vaak gespannen
Als u piekert of angstig bent en verder (redelijk) goed functioneert, noemen we dat milde angstklachten. U kunt dan onder andere terecht bij Bas Basis GGZ. Er zijn ook internetcursussen die u kunt volgen bij Interapy. Dit is een onafhankelijke, landelijke online behandelaar.
Behandeling van een angststoornis
Cognitieve gedragstherapie (CGT) is de meest gebruikte therapievorm bij een angststoornis.
Therapie kunt u volgen:
- individueel of in een groep
- met of zonder medicijnen
- u komt voor gesprekken naar de polikliniek, of u wordt tijdens de behandeling een tijdje opgenomen of u komt één of een paar hele dagen per week overdag voor therapie.
Familie
Behandelingen zijn vaker succesvol als de familie en naasten van de patiënt actief bij het herstel betrokken zijn. Wij willen de familie graag goed informeren en bij de behandeling van de patiënt betrekken.
Hebt u als familielid zelf een steuntje in de rug nodig? GGNet Preventie biedt daarvoor speciofieke ondersteuning. Dat kan individueel of in een cursus. De ondersteuning is gericht op kinderen en ouders, partners, familieleden en andere mensen die direct betrokken zijn bij de patiënt.