“Fijne boodschap wel voor patiënten en hun familie”, denk ik dan. Je bent (of je naaste is) in de hel beland en dan ontmoet je de psychiater die tegen je zegt: “Ja, ik weet eigenlijk ook niet hoe psychische aandoeningen ontstaan en nog minder, hoe die te genezen.” Op z’n best zegt de psychiater: we gaan het samen doen (tenminste, dat is mijn vertaling van ‘we gaan samen met de patiënt een verhaal co-creëren’, blèh) en als het echt tegen zit, krijg je een psychiater die zegt: je gaat het zelf doen (‘de patiënt moet zelf de regie pakken’, kots!). Ook mijn eigen psychiater had 30 jaar geleden zo’n ‘hoopgevende’ boodschap: “Ik weet ook niet in welk snaveltje, welk pilletje past.”

Ik was totaal ontzet en weet nog precies wat ik toen dacht: “Waar ben ik in vredesnaam terechtgekomen? Qua kennis bevindt de psychiatrie zich nog in de Middeleeuwen!”

Na een volledige studie WO-psychologie denk ik dat nog steeds. Ik heb, naast ASS (of door ASS, wie zal het zeggen?), een bipolaire aandoening: ik ben af en toe een beetje manisch (hypomaan) en af en toe depressief. Momenteel ben ik depri en dat is ontstaan na één zin gelezen te hebben. Ook de vorige depressieve periode ontstond na één opmerking van iemand en de één na laatste hypomane fase ontstond door het zien van één filmpje. Leg mij dat maar eens uit: hoe kan dat? Ik ben zelfs een begin van een verklaring nog niet tegengekomen.

Dus de psychiaters zullen wel gelijk hebben: ze weten niet precies hoe psychische klachten werken.

Maar is het handig om dat patiënten te vertellen? Patiënten waarvan er velen aan het kiezen zijn of ze liever meteen dood willen of toch maar eerst naar de psychiater. Patiënten komen tenslotte niet voor hun zweetvoeten in de geestelijke gezondheidszorg terecht.

Zelf zou ik destijds het liefst een psychiater hebben gehad die tegen mij en mijn familie had gezegd: “Marijke, wat ontzettend naar voor je dat je psychische klachten hebt. We gaan er alles aan doen om je zo snel mogelijk uit die hel te trekken.” En dan een duidelijke aanpak had gepresenteerd.

De psychiaters kunnen wel vinden dat ze geen God zijn, maar voor de patiënt die in crisis verkeert, zijn ze dat op dat moment wél. De patiënt heeft echt niemand anders. Wat mij betreft gaan de psychiaters daarom eens lekker bij elkaar zitten om een geloofwaardig behandelkader te co-creëren. Maakt niet uit wat eruit komt: op een door psychiaters zelfverzonnen vlot drijft een patiënt beter dan op geen vlot.

Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt namelijk dat een helder behandelkader (naast een goede relatie met de hulpverlener) een factor is die werkt: het maakt niet uit vanuit welk theoretisch kader een hulpverlener werkt, als hij of zij het maar met overtuiging aan de patiënt kan brengen, zodat het geloofwaardig overkomt. Zodat de patiënt in nood in ieder geval weer een sprankje hoop krijgt, dat het beter gaat worden.

Wilt u reageren naar Marijke op deze blog? Mail naar ggnetblogger@gmail.com