Wvggz-uitspraken klachtencommissie
Hieronder leest u de wvggz-uitspraken van de klachtencommissie.
Uitspraak 019-22
Klacht over overplaatsing naar <instelling 1> en voorgenomen overplaatsing naar <instelling 2>. Er is geen voorafgaand verzet gebleken tegen overplaatsing naar instelling 1, waardoor de klacht onder het algemene Wkkgz-klachtrecht wordt geschaard en niet onder de Wvggz. Dit klachtonderdeel is gegrond, vanwege onvoldoende informatieverstrekking. Overplaatsing naar instelling 2 wordt wel onder Wvggz-klachtrecht geschaard. Op inhoud is dit overplaatsingsbesluit een te rechtvaardigen besluit. Klacht ongegrond.
Uitspraak 018-22
Klacht over verplichte opname en toediening intramusculaire medicatie. Opname en medicatie zijn beide noodzakelijk voor behandeling van het toestandsbeeld van klager, aangezien klager geen ziektebesef of inzicht heeft. Gezien boze houding van klager kon de situatie door verweerders als noodsituatie worden ingeschat. Klachten worden ongegrond verklaard.
Uitspraak 017-22
Klacht over (voorgenomen) besluit tot verlenen depotmedicatie. Ondanks geen acuut (levens)gevaar, is medicamenteuze behandeling nodig. Afwegingen van verweerder zijn in dezen te volgen. Ongegronde klacht.
013-22 Klacht tegen (verhoging dosering) verplichte medicatie
Keuze voor soort medicatie en dosering is zorginhoudelijk goed onderbouwd door verweerders. Klaagster heeft niet aangetoond dat verweerders hierin onzorgvuldig hebben gehandeld. Ongegronde klacht.
012-22 Klacht tegen verplichte medicatie
Alternatieven die door klaagster worden aangedragen kunnen niet ter vervanging dienen van medicamenteuze behandeling. Verweerder spant zich in om in gesprek te gaan en klaagster (extra) (schriftelijke) informatie te geven ten aanzien van de ziekte en de behandeling. Keuze voor het soort medicatie en de dosering is goed onderbouwd. Klacht ongegrond.
008-22 Klacht tegen besluit intrekken zelfstandige vrijheden
Besluit was inhoudelijk juist, klager was bekend met de afspraken en heeft de afspraken bij de eerste mogelijkheid geschonden. Verweerders hebben zich voldoende ingezet om klager in de periode zonder begeleide vrijheden begeleide activiteiten aan te bieden. Wel was sprake van een vormverzuim t.a.v. de art. 8.9 brief, dit is echter hersteld waardoor het verzuim geen rechtsgevolg krijgt. Klacht wordt ongegrond verklaard.
007-22 Uitspraak op verzoek tot schadevergoeding
Uitspraak op verzoek om schadevergoeding nav (deels) gegronde klacht. Vertrouwen van klager is geschaad doordat er verplichte zorg is toegepast, zonder dat daar een toereikende juridische titel aan ten grondslag lag. De commissie acht een schadevergoeding van € 250 redelijk en billijk.
005-22
Verschillende vormen van verplichte zorg op juiste gronden toegepast. Klachten ongegrond.
004-22
Gegronde klacht tav vormgebreken in beslissing verplichte zorg. Opdracht aan zorgverantwoordelijke om een nieuwe beslissing te nemen die voldoet aan de vereisten die aan zo’n beslissing worden gesteld. Toegepaste vormen van verplichte zorg zijn op inhoudelijke gronden juist. De klachten hierover worden daarom ongegrond verklaard.
006-22 Uitspraak op verzoek tot schadevergoeding
Uitspraak op verzoek om schadevergoeding nav (deels) gegronde klacht. De commissie acht het aannemelijk dat een adequate schriftelijke art. 8.9 Wvggz beslissing, zoals de wet ook voorschrijft, klaagster (en wellicht ook de medewerkers) geholpen zou hebben. De commissie acht daarom een schadevergoeding van € 100 redelijk en billijk.
002-22
Klacht over verschillende vormen van verplichte zorg. Klacht over administratieve onzorgvuldigheid is gegrond. De verschillende vormen van verplichte zorg zijn inhoudelijk juist, klachten daarover worden ongegrond verklaard.
039-21 Verlenen verplichte zorg zonder zorgmachtiging
De zorgverantwoordelijke had zich moeten vergewissen van de expiratiedatum van de afgegeven zorgmachtiging. De commissie concludeert dat er verplichte zorg is verleend in een periode dat geen geldige zorgmachtig was. Er had daarom een besluit ex. art. 8.9 genomen moeten worden. Nu dit niet is gebeurd, wordt de klacht gegrond verklaard.
035-21 Hogere dosering verplichte medicatie
Klaagster wil geen hogere dosering van de verplichte medicatie door angst voor overdosis. Vanwege incidenten die zich hebben voorgedaan met huidige dosering wordt het medicamenteuze beleid juist geacht, klacht ongegrond.
034-21 Verplichte zorg d.m.v. urinecontroles
Behandelbeleid op inhoudelijke gronden juist, maar wezenlijk vormgebrek in het art. 8:9 Wvggz besluit. Commissie vernietigt (art 10:6 lid 4 Wvggz) dit besluit met opdracht aan zorgverantwoordelijke om een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de formele vereisten.
033-21 Klacht tegen medicatie en wijze van toedienen
Klacht over verplichte medicatie en de wijze waarop de medicatie is toegediend. Klachten ongegrond gezien risico op ernstig nadeel en ageren van klaagster tegen de medicatie.
002-20 Diverse vormen van verplichte zorg
Toetsing of toegepaste zorg met betrekking tot gedwongen medicatie, beperking communicatiemiddelen en beperking bewegingsvrijheid conform crisismachtiging is verleend en of hierbij voldoende zorgvuldigheid is betracht. Niet ontvankelijk met betrekking tot gedwongen opname, overige klachtonderdelen ongegrond.
010-20 Medicatie- en vrijhedenbeleid
Behandelbeleid op inhoudelijke gronden juist geacht maar wezenlijk vormgebrek in het art. 8:9 Wvggz besluit. Commissie vernietigt (art 10:6 lid 4 Wvggz) dit besluit met opdracht aan zorgverantwoordelijke om een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de formele vereisten.
011-20 Diverse vormen van verplichte zorg
Klacht tegen vrijheidsbeneming/- beperking, medicatie, bezoekbeperking en diverse controle’s op aanwezigheid van drugs. Klacht ongegrond, voorafgaand schorsingsverzoek met betrekking tot gedwongen medicatie toegewezen.
012-20 Vrijheidsbeperking in forensische setting
Vrijheidsbeperkingen naar aanleiding van positieve urine controle bij cliënt opgenomen met TBS titel. Beoordeling procedure UC en besluitvorming; doelmatig, proportioneel en subsidiair gehandeld.
014-20 Overplaatsing
Klacht tegen overplaatsing naar andere zorgaanbieder, gastplaatsing. Geen beoordeling van bejegening tijdens overplaatsing mogelijk, commissie kan de feiten niet vaststellen.
017-20 Diverse vormen van verplichte zorg
Beoordeling toepassing verschillende vormen van verplichte zorg. Wijzigingen mede ten gevolge van het corona virus. Zorgvuldige belangenafweging, vertaling landelijke richtlijnen naar instellingsbeleid, algemeen belang versus persoonlijk belang.
022-20 Vormverzuim, verplichte zorg die niet in crisismaatregel vermeld is
Klacht tegen besluit ex art. 8:9 Wvvgz tot het verlenen verplichte zorg waarbij twee vormen van zorg zijn opgenomen die niet in de beschikking van de burgermeester waren opgenomen. Noodsituatie niet gesteld of gebleken. Aanbeveling met betrekking tot inhoud van de aanzeggingsbrief van de geneesheer directeur.
025-20 – verplichte zorg door middel van medicatie
Rechterlijke machtiging tot voortgezet verblijf (ex. Bopz) is opgevolgd door een zorgmachtiging. Een eerdere klacht over dwangmedicatie is ongegrond verklaard. Onder Wvggz betreft het een nieuw besluit waartegen opnieuw recht van beklag openstaat. Commissie oordeelt dat de verplichte zorg met medicatie, ook na toetsing aan de Wvggz, conform de wet en behandelstandaard wordt verleend. Klacht ongegrond. Een besluit verplichte zorg (art. 8.9 wvggz) dient wel voortvarender na de afgifte van de zorgmachtiging aan de patiënt te worden verstrekt dan in dit geval gebeurd is.
028-20 – verplichte zorg door middel van medicatie
Klacht over dwangmedicatie (depot Haldol) wegens wezenlijke vormfouten in de beslissing gegrond verklaard. Van het besluit ex art. 8:9 Wvggz is geen aanzegging door de geneesheer directeur gedaan waardoor klaagster niet op het klachtrecht en bijstandsmogelijkheid van een pvp is gewezen. Ook meldde dat besluit niet om welk middel en in welke toedieningsvorm het zou gaan. Dat dit wel mondeling zou zijn medegedeeld zoals verweerders naar voren brengen, is uit het dossier niet af te leiden.
Lees hier de uitspraak
035-20 - verplichte zorg door middel van medicatie
Klacht over dwangbehandeling met depotmedicatie wordt ongegrond verklaard. Klager bekend met het middel en reageerde daar, voordat hij stopte met depot op vrijwillige basis, goed op. Door klager gestelde schadelijke bijwerkingen medisch gezien niet waarschijnlijk en niet onderbouwd. Schadeverzoek afgewezen.
037-20 - verplichte zorg door middel van medicatie
Klacht over dwangbehandeling middels (orale) depotmedicatie wordt deels gegrond en deels ongegrond verklaard. Het gegronde klachtonderdeel betreft het ontbreken van een schriftelijk besluit (art. 8.9 wvggz) waarin deze vorm van verplichte zorg is vermeld. De behandelaar dient per omgaand een nieuw besluit te nemen waarin dit gebrek hersteld wordt. Inhoudelijk acht de klachtencommissie het medicatiebeleid wel noodzakelijk volgens de wvggz criteria zodat de klacht voor het overige ongegrond verklaard is.
004-21 - Verplichte zorg door middel van medicatie
Klager wil lagere dosering van de medicatie en uiteindelijk de medicatie helemaal af te bouwen. De commissie volgt de argumentatie van verweerster en diens voorzichtigheid vanwege eerdere ervaringen. Klacht over dwangbehandeling met depotmedicatie wordt ongegrond verklaard.
05-21 - Verplichte zorg door middel van medicatie
Klacht over gedwongen zorg door middel van depot-medicatie ongegrond verklaard. Zorgmachtiging is afgegeven vanwege psychische klachten. Zolang deze klachten niet in remissie zijn, kan er niet gestopt worden met de medicatie. Door klager gestelde bijwerkingen kunnen niet geobjectiveerd worden omdat er geen lichamelijk onderzoek heeft plaatsgevonden.
07-21 - Verplichte zorg door middel van medicatie en overplaatsing
Er is volgens richtlijnen en behandelstandaard gehandeld, klacht ongegrond.
010-21 - Verplichte zorg door middel van medicatie en opname in accommodatie
Verplichte zorg is nodig om stabiele situatie te creëren; het is vanwege recalcitrante houding van klaagster niet mogelijk om dit op vrijwillige basis te bereiken. Ongegronde klacht.
012-21 - Verplichte zorg door middel van kamerprogramma en inname communicatiemiddelen
Zorgvuldige besluiten in het kader van bescherming van klager. Ongegronde klacht.
016-21 - Verplichte zorg door middel van medicatie
Zorgvuldig besluit, ongegronde klacht.
018-21 - Vormverzuim mbt verplichte zorg, voorgenomen besluit tav schadevergoeding
Gemengde klacht. Wvggz-onderdelen betreffen klacht over medicatie en het tegen de grond werken tijdens intramusculaire toediening van medicatie. Klacht mbt medicatie deels gegrond; er kon niet met zekerheid worden vastgesteld dat aan de formele vereisten was voldaan. Voorgenomen besluit tav schadevergoeding, definitieve beslissing in separate uitspraak.
021-21 - Uitspraak op verzoek tot schadevergoeding
Uitspraak op verzoek om schadevergoeding nav (deels) gegronde klacht. Mondelinge aanzegging geen gelijkwaardig alternatief voor schriftelijke aanzegging. Schadevergoeding wordt vastgesteld op € 200.
020-21 - Formele en materiële gebreken bij verschillende vormen van verplichte zorg
Klacht tegen twee beslissingen tav medicatie en beslissing opname in accommodatie. Alle drie de klachtonderdelen gegrond vanwege het ontbreken van schriftelijke aanzegging. De besluiten tav de medicatie vertonen daarnaast ook inhoudelijke gebreken. Beslissing op verzoek schadevergoeding aangehouden en volgt in separate uitspraak.
023-21 - Uitspraak op verzoek tot schadevergoeding
Uitspraak nav schadevergoedingsverzoek. Mondelinge aanzegging geen waardig alternatief voor schriftelijke aanzegging. Inbreuk op lichamelijke integriteit door toediening van langdurig werkende medicatie als noodmedicatie. Schadevergoeding wordt vastgesteld op € 280.
025-21 - Seperatiebesluit
Separatie als verplichte zorg. Separatiebesluit is op goede gronden en op basis van een toereikende juridische grondslag genomen, ongegronde klacht.
Uitspraak 027-21 Klacht tegen inhoud van de zorgmachtiging en depotmedicatie
Gemengde klacht. Niet-ontvankelijke klacht voor zover de klacht zich richt op de inhoud van de zorgmachtiging, klager wordt verwezen naar de procedure ex art. 8.18 Wvggz. Op basis van de zorgmachtiging moet klager behandeld worden voor zijn psychische klachten, commissie acht het medicatiebeleid juist. Ongegronde klacht.
Uitspraak 029-21 Verschillende vormen van verplichte zorg
Klacht tegen besluit opname in accommodatie, medicatie en inname communicatiemiddelen. Besluiten zijn op goede gronden en volgens behandelstandaard, richtlijnen en Wvggz genomen. Klachten ongegrond.
Uitspraak 032-21 Verplichte zorg door middel van depotmedicatie
Behandeling met medicatie is het vervolg op eerdere behandeling ogv een nieuwe zorgmachtiging. Klager heeft gestelde diagnose en ernstig nadeel niet weerlegd. Overwogen beslissing tav medicatie en dosering. Met nieuwe behandelaar krijgt klager de mogelijkheid een nieuwe start te maken en medicatie opnieuw te bespreken, ongegronde klacht.
Uitspraak 024-21 klacht tegen depotmedicatie
Deze klacht betreft het vervolg op uitspraken 020-21 en 023-21. Naar aanleiding van de vorige uitspraak is er een nieuw besluit genomen tav de verplichte zorg door depotmedicatie. Met het nieuwe besluit zijn de formele en materiële gebreken hersteld. De commissie acht medicamenteuze behandeling noodzakelijk en juist, klacht ongegrond.
Uitspraak 009-22 Klacht tegen overplaatsing met insluiting en gedwongen medicatie
De commissie acht het besluit tot overplaatsing inhoudelijk juist, er is wel sprake van een vormverzuim. Zorgverantwoordelijke krijgt de opdracht dit te herstellen. Daarnaast doet de commissie een aanbeveling ten aanzien van de overdracht en rapportages in de weekenden/nachten.